Er is een duidelijk verschil tussen acute pijn en chronische pijn. Acute pijn ontstaat vaak direct na een ongeval. Er is schade ontstaan en hierbij heeft pijn een specifiek doel. De pijn is een signaal dat er iets aan de hand is en dat er rekening gehouden dient te worden met een bepaald lichaamsdeel om verdere weefselschade te voorkomen. Chronische pijn kent echter vaak geen duidelijke oorzaak en doel. Het kan zijn dat na weefselschade, chronische pijn ontstaat terwijl de schade al herstelt is. Maar meestal ontstaat chronische pijn zonder weefselschade vooraf. Na bezoek bij een arts, (vaak een heel medisch circuit) blijkt dat er niets te vinden is wat de aanhoudende pijn kan verklaren. En dat kan enorm frustrerend zijn want je voelt de pijn immers wel. Vaak gaat men dan van de ene arts naar de andere en proberen ze allerlei medicijnen, behandelingen en therapieën, vaak zonder resultaat. En dat zorgt voor veel teleurstelling en het gevoel niet begrepen te worden. Bij een kleine groep mensen blijft de pijn na de acute fase nog steeds bestaan. Hoe kan het toch dat je pijn blijft houden, terwijl er geen weefselschade (meer) is? Dit kan verschillende oorzaken hebben. Het kan zijn dat de pijn tijdens de acute fase zeer ernstig of langdurig was. Daarnaast spelen ook gedragsmatige en/of psychologische factoren een rol, zoals angst, depressie of negatieve associatie van eerdere ervaringen van pijn. Na een acute fase verdwijnt de sensitisatie (pijn) bij de meeste mensen maar bij sommigen kan het langer aanhouden en dan spreken we van centrale sensitisatie.